Je gebruikt een rubric om op een betrouwbare, transparante en consistente manier prestaties van studenten te beoordelen. Bij het maken van rubrics is het handig een aantal stappen te doorlopen (gebaseerd op de Handreiking toetsing, 2024):

1. Bepaal met welke schaal er voor de beoordelingsniveaus wordt gewerkt. Een even aantal niveaus/levels in de schaal gaat het ‘in het midden’ beoordelen tegen. Bepaal in samenhang hiermee de lay-out van de rubric. Van hoog naar  laag of andersom.
2. Bepaal de kritische elementen van elke leeruitkomst (criteria): Wat moet een student aantonen, gaat het bijvoorbeeld om iets kunnen beschrijven/laten zien?
3. Werk deze uit in meetbare prestaties. Werk eerst de ‘voldoende’ uit. Dit is de minimumprestatie, die past bij het level.
4. Beschrijf de verwachte prestatie bij de verschillende levels van de schaal zo kernachtig mogelijk, bij voorkeur in één zin. Controleer of de uitwerking van ‘uitmuntend’, ‘goed’  enz. consistent is en niet te uitgebreid.
5. Bepaal evt voor elk criterium de weging in de eindscore.
6. Leg de rubric aan collega’s en toetscommissie voor, en bespreek deze evt met een paar  studenten.

Bij het maken van een rubric definieer je dus criteria en levels. Een criteriagroep kun je gebruiken om criteria die bij elkaar horen te groeperen. 

Je kunt bijvoorbeeld voor een rubric voor essays de criteriagroepen Taalgebruik en Inhoud maken. Binnen de groep Taalgebruik kun je vervolgens de criteria Spelling, Grammatica en Zinsopbouw maken. Vervolgens definieer je de levels waarop studenten kunnen scoren voor elk criterium, bijvoorbeeld: Onvoldoende, Voldoende, Goed en Uitstekend.

Om bij Rubrics te komen ga je in de course naar Course Admin, Rubrics

Je landt op de rubricshomepage, waar je een overzicht vindt van al je aangemaakte rubrics.

• Klik op New Rubric.

1. Geef de rubric een naam.
2. In de bovenste balk kies je:
   • bij Type of het een holistische of analytische rubric betreft;
   • bij Scoring de wijze van puntentoekenning:
     • No Score: geen punten, alleen tekst.
     • Points: een combinatie van tekst en punten (bijvoorbeeld: Goed en 20 punten). De punten voor de levels zijn gelijk bij alle criteria. NB: deze optie is alleen aanwezig bij een analytische rubric.
     • Custom Points: elk criterium ken je een eigen aantal punten toe (bijvoorbeeld: de prestatielevels zijn als onvoldoende, voldoende, goed en uitstekend gedefinieerd. Elk level van het criterium Spelling kan dan nul, tien, twintig punten of dertig punten waard zijn, en de levels van het criterium Grammatica bijvoorbeeld nul, twintig, veertig en zestig punten, waardoor dit criterium twee keer zoveel waard is als het criterium Spelling). NB: deze optie is alleen aanwezig bij een analytische rubric.
     • Percentage: elk level ken je een percentage toe (bijvoorbeeld: Level 4 is 75%). Wanneer de student beoordeeld wordt met level 4, krijgt de student 75% van de maximale score van het bijbehorende item. NB: deze optie is alleen aanwezig bij een holistische rubric.
   • met Reverse Level Order kun je aangeven of de levels oplopen in punten of aflopen.
3. Geef in de bovenste rij de criteriagroep en de levels een naam (in het voorbeeld heet de criteriagroep Taalgebruik, die vier levels heeft). NB: in het begin heb je default één criteriagroep met drie rijen en vier kolommen. Je kunt pas de naam van de criteriagroep invoeren als je minimaal 1 groep hebt toegevoegd.
   • Met de plusiconen links en rechts van de levels, voeg je levels toe.
   • Als je voor Scoring via punten hebt gekozen, kun je voor elk level het aantal punten wijzigen.
   • Klik op het prullenbakicoon om een level te verwijderen.
   • Per criterium voeg je vervolgens een omschrijving en eventueel specifieke feedback voor dat criterium toe (in het voorbeeld zie je dat de criteriagroep Taalgebruik bestaat uit de criteria Spelling en Grammatica. Voor elk van deze criteria kan een student Level 3, Level 2 of Level 1 scoren, met de bijbehorende punten).
4. Onder Initial Feedback kun je eventueel criteriumspecifieke feedback toevoegen. NB: deze feedback wordt niet getoond in de algemene feedback. Deze feedback wordt getoond wanneer studenten de ingevulde rubric inzien.
5. Rechts zie je het aantal punten dat een student voor elk criterium kan behalen.
6. Met het zespuntenicoon links voor elk criterium kun je een criterium verslepen naar een andere positie binnen de criteriagroep. Klik hiervoor op het icoon en houd de muis ingedrukt. Vervolgens beweeg je de muis naar de plek waar het criterium moet komen en laat je hem los.
7. Met de pijltjes kun je de criteriagroep ten opzichte van de andere criteriagroepen omhoog en omlaag plaatsen.
8. Klik op de drie bolletjes bij een rij om acties te ondernemen die de gehele rij beslaan.
   • Klik op Copy Row om de rij te kopiëren. De kopie heeft 'Copy of ...' als naam.
   • Klik op Delete Row om de rij te verwijderen.

1. Onderaan een criteriagroep kun je criteria toevoegen aan de groep. Klik hiervoor op Add Criterion. Vervolgens kun je voor het nieuwe criterium een naam en omschrijvingen toevoegen. Je kunt zoveel criteria toevoegen als je nodig hebt.
2. Klik op Add Criteria Group om een nieuw criteriagroep aan te maken. Indien je rubric uit veel criteria bestaat, kun je die met deze optie overzichtelijk groeperen/onderbrengen in verschillende categorieën (in het voorbeeld zagen we al dat deze rubric een criteriagroep heeft die Taalgebruik heet.
3. Onderaan de rubric zie je het maximaal aantal te behalen punten voor de gehele rubric.
4. Om een criteriagroep in één keer te kopiëren of te verwijderen, klik je op de drie bolletjes naast de criteriagroep. Kies hier vervolgens voor Copy Criteria Group of Delete Criteria Group.

Onder alle criteriagroepen staat apart de Overall Score. Hierin specificeer je prestatieniveaus aan de hand van de totaal behaalde score.

1. Vul voor elk level in hoeveel punten een student moet halen om dat level te behalen. NB: het aantal levels hangt niet af van het aantal levels in de rubric, maar kan uit meer of minder levels bestaan. Het prestatieniveau geeft voor studenten aan hoeveel stappen ze nog kunnen verbeteren, maar bepaalt dus niet het cijfer voor de opdracht. The Overall Score staat dus los van de Total Score, die de beoordeling bepaalt. Het geeft enkel een indicatie aan de student op welk niveau hij/zij heeft gepresteerd.
2. Met de plusiconen kun je levels toevoegen. NB: je kunt levels verwijderen met het prullenbakicoon.
3. Vul eventueel feedback bij elk level in.

Klik op Options om meer instellingen voor de rubric te openen.

1. Selecteer of studenten de rubric kunnen zien:
   • Rubric is visible to students: studenten kunnen de rubric altijd zien, zodra zij het item kunnen zien waaraan je de rubric hebt gekoppeld.
   • Rubric is hidden from students: studenten krijgen de rubric niet te zien, ook niet achteraf. Zij krijgen alleen het cijfer te zien dat door het invullen van de rubric berekend is.
     • Include rubric feedback in overall feedback: bij het aanvinken van deze optie krijgen studenten naast het cijfer ook te zien welke score ze op de verschillende criteria gehaald hebben, maar niet de rubric zelf. 
   • Rubric is hidden from students until feedback is published: studenten kunnen de rubric pas zien als je de feedback voor het item waaraan je deze hebt gekoppeld, hebt gepubliceerd.
2. Vink Hide Scores from students aan om de scores niet aan studenten te tonen wanneer je een ander grade scheme gebruikt. Studenten zien nu wel de levels en bij feedback op welk level ze hebben gescoord per criterium, maar niet welke score ze krijgen voor een bepaald level en wat de totaalscore is.
3. Voorzie de rubric eventueel van een korte beschrijving. NB: deze beschrijving is niet zichtbaar voor studenten
4. De opties onder Advanced Availability staan standaard uit. Deze zijn niet relevant, want zowel de compentencies-tool als de ePortfolio-tool van Brightspace worden niet gebruikt binnen onze Brightspace-omgeving.
5. Klik op Close om de rubric te sluiten en terug te gaan naar de rubricshomepage. NB: de rubric wordt automatisch tussendoor opgeslagen, dus je hoeft dit niet zelf te doen.

1. Klik op het pijltje achter Edit Rubric en vervolgens op Preview om te zien hoe de rubric er op dat moment uitziet. De preview opent in een nieuw venster.
2. Rechts zie je Saved staan: dit betekent dat alle wijzigingen die je hebt gemaakt in de rubric zijn opgeslagen. Als je bezig bent met bewerken, zie je soms Saving... staan. Dit betekent dat Brightspace bezig is met het opslaan van alle wijzigingen.
3. Een nieuwe rubric staat automatisch op Published. Dit betekent dat deze beschikbaar is om te koppelen aan bijvoorbeeld een Assignment of Discussion. Klik op het pijltje om de status te veranderen:
   • Draft: je kunt de rubric nog niet koppelen aan een activity (en dus nog niet gebruiken om een activity te beoordelen). Deze optie kun je gebruiken als je nog aanpassingen wilt doen in de rubric.
   • Published: je kunt de rubric koppelen. NB: je kunt de naam, beschrijving, levels en criteria van de rubric niet meer aanpassen als deze eenmaal gekoppeld is!
   • Archived: de rubric verschijnt niet in standaard zoekresultaten en is niet beschikbaar voor koppeling. Na archivering blijven bestaande koppelingen wel intact.

Wil je een rubric bewerken, klik dan op het pijltje naast de naam van de rubric. Hier heb je naast de Edit optie ook nog de Preview optie. Met deze optie kun je de rubric printen door op Print te klikken rechtsbovenin

Wanneer je een rubric hebt aangemaakt en deze wil gebruiken in een andere course, kun je deze kopiëren. Ga hiervoor naar de course waarin je de rubric wil gebruiken. Volg vervolgens de stappen die je vindt in dit artikel: Hoe kopieer ik content van mijn Blackboardcourse naar Brightspace?

Wanneer je kiest voor Select Components zoek dan naar Rubric en vink deze aan. Hiermee kopieer je alleen de Rubric van de course